Wanneer er een investeringsuitgave wordt gedaan, dient deze niet in één keer te worden afgeschreven maar over de levensduur van het activum (product) worden verdeeld. Om dit te kunnen doen dient men de levensduur in te schatten en rekening te houden met een eventuele restwaarde.
Er zijn twee afschrijvingmethodes welke gebruikt kunnen worden. De makkelijkste en zeker aan te raden voor kleine ondernemingen is de lineaire afschrijving. De tweede methode is de degressieve afschrijving welke uit te voeren is door middel van de sum of the years digitmethode of de boekwaardenmethode.
Een afschrijving kan geboekt worden in de administratie door middel van een memoriaalboeking. Lees hiervoor het artikel "memoriaalboeking"
Voorbeeld 1 Lineaire afschrijving
Een ondernemer koopt een ijsmakermachine met een waarde van 15.000 euro. De meest eenvoudige methode is om de lineaire afschrijvingsmethode te gebruiken. Dit houdt in dat er elk jaar hetzelfde bedrag wordt afgeschreven.
Wij gaan ervanuit dat de levensduur van de ijsmakermachine 5 jaar is en de geschatte restwaarde 1.000 euro zal bedragen. Het jaarlijkse afschrijvingsbedrag zal dan bedragen: (15.000 – 1.000) / 5 = 2.800 euro.
Voorbeeld 2 degressieve afschrijving
De eerder genoemde onderneming welke een ijsmakermachine heeft gekocht van 15.000 kan ook kiezen om de degressieve afschrijving methode te gebruiken. Welke inhoudt dat ervanuit wordt gegaan dat de eerste jaren de ijsmakermachine meer prestatie levert dan latere jaren. In de latere jaren kunnen er meer afgekeurde ijsjes uit de machine komen.
De eerste methode die wij gaan bespreken is de sum of the years digitmethode welke inhoudt dat ieder jaar een wegingsfactor krijgt. Het eerste jaar krijgt nu een wegingsfactor van 5 en ieder jaar daarna zal 1 factor lager zijn. Hieronder is te zien hoe een dergelijk systeem eruitziet.
Jaar | Factor | Berekening | Jaarlijkse afschrijving |
---|---|---|---|
1 | 5 | 5/15 x 14.000 | € 4.667 |
2 | 4 | 4/15 x 14.000 | € 3.733 |
3 | 3 | 3/15 x 14.000 | € 2.800 |
4 | 2 | 2/15 x 14.000 | 1.867 |
5 | 1 | 1/15 x 14.000 | € 933 |
15 | € 14.000 |
voorbeeld sum of the years digitmethode schematisch
De tweede methode die wij gaan bespreken is de boekwaardenmethode welke inhoudt dat ieder jaar een vast percentage wordt afgeschreven. Dit percentage wordt doorgaans bepaald door middel van het afschrijvingspercentage van de lineaire methode te verdubbelen. Wat met ons voorbeeld neerkomt op: 2.800 / 15.000 = 18,66%. We gaan een percentage gebruiken van 18,66 x 2 = 37,33%.
Aanschafprijs | € 15.000 | |
---|---|---|
Jaar 1 | Afschrijving: 0,3733 x 15.000 = | € 4.667 |
Boekwaarde jaar 1 | € 9.400 | |
Jaar 2 | Afschrijving: 0,3733 x 9.400 = | € 3.733 |
Boekwaarde jaar 2 | € 5.890 | |
Jaar 3 | Afschrijving: 0,3733 x 5.890 = | € 2.800 |
Boekwaarde jaar 3 | 3.691 | |
Jaar 4 | Afschrijving: 0,3733 x 3.691 = | € 1.867 |
Boekwaarde jaar 4 | € 2.313 | |
Jaar 5 | Afschrijving: 0,3733 x 2.313 = | € 933 |
Restwaarde = | € 1.500 |
voorbeeld boekwaardemethode schematisch